Zorgportaal: (taal)ondersteuning op maat

Leerweg Zorgportaal is een project om (taal)ondersteuning op maat te bieden aan studenten verpleegkunde (HBO5), onder meer bij ZoWe verpleegkunde en IVV Sint-Vincentius. De klemtoon ligt op gecontextualiseerd taalgebruik (medische sector), zelfontplooiing en sociale vaardigheden.

Tijd geven, coachen op maat en intensiever pedagogisch ondersteunen zijn drie pijlers van zorgportaal. Leerweg Zorgportaal wil zo slaagkansen verhogen. Taalvaardigheid is hierbij één van de aandachtspunten. De studenten krijgen ook op dit vlak extra ondersteuning. Dit om de opleiding succesvol te voltooien en te voldoen aan de talige eisen van het werkveld. De talige start- en opleidingscompetenties zijn daarbij het uitgangspunt.

Concreet werkt Zorgportaal aan algemene en medische woordenschat, instructie- en schooltaal, taalbeheersing en -correctheid, in het bijzonder spelling en grammatica. Daarnaast trainen studenten ook systematisch de spreek-, schrijf-, lees- en luistervaardigheden. De leerwegen voorzien in specifieke taaltaken: rollenspel over communicatie met patiënten, teksten begrijpen en schematiseren, een observatieverslag schrijven, … Tijdens de lessen en bij stages worden talige vaardigheden geïntegreerd en geoefend.

Zowel studenten die het Nederlands als moedertaal hebben, als anderstalige studenten, krijgen specifieke ondersteuning. Voor deze laatste groep wordt talig materiaal ontwikkeld eigen aan het traject zorgportaal.

Resultaten en evaluatie

Een heel groot aantal van de studenten die Zorgportaal volgen, slaagt. Door de leerinhouden van thema’s te betrekken bij de remediërende vakken, zien studenten meer het nut in van de remediëring en stijgt ook de motivatie. Door meer de focus te leggen op probleemoplossend denken bij de student i.p.v. zelf oplossingen aan te bieden, zijn de studenten in de volgende modules weerbaarder en kunnen ze praktische problemen zelf beter oplossen (bv. vervoer en planning van stage).

Succesfactoren en aandachtspunten

  • 1. Het zorgportaal creëert een omgeving om studenten uit kansengroepen
    ondersteuning te bieden om hun slaagkansen te verhogen. Taalondersteuning is
    daarbij een onderdeel binnen een integrale aanpak.
    2. Het belang van taalvaardigheid en taalondersteuning wordt breed gedragen. Er is
    steun van de directie.
    3. Elke student krijgt, zoals de reguliere student, een coach waar hij/zij tijdens de volledige
    opleiding bij terecht kan. Deze leerkracht is aanspreekpunt en volgt de student persoonlijk
    op. Er is ook steeds een taalcoach of een begeleider aanwezig op de campus.
    4. Taal moet zo min mogelijk een struikelblok zijn om toetsen af te leggen. Studenten
    mogen tools gebruiken zoals een vertaalwoordenboek. Ze krijgen ook 30% meer tijd
    bij de toetsen en bij het indienen van reflectieverslagen op stage
    5. Expertise en know how om (taal)ondersteuning te bieden, worden gebundeld in
    verschillende samenwerkingsverbanden. Zo is er een intense samenwerking met de
    VDAB en uitwisseling van kennis en ervaringen binnen het Arteveldeleernetwerk

  • 1. Zijn alle docenten voldoende bekend met taalontwikkelend lesgeven? Is er genoeg
    aandacht voor de ontwikkeling van de woordenschat in de interactie tussen docenten en
    studenten, en tussen studenten onderling tijdens de les?
    2. Is er voldoende transfer van taalondersteuningsmaatregelen tussen de
    onderwijsinstelling en het werkveld?

Relevante literatuur

inspirerende link: https://edinaplatform.eu/

Documenten